Liquidatiereserves aanleggen en uitkeren

  1. Aanleggen van Liquidatiereserves
    Belgische vennootschappen hebben de mogelijkheid om een deel van hun winst na belasting om te zetten in een liquidatiereserve. Deze beslissing wordt genomen tijdens de algemene vergadering van de vennootschap. Door winsten op deze manier te reserveren, kunnen bedrijven genieten van fiscale voordelen en een basis leggen voor toekomstige investeringen of uitkeringen.
  2. Belasting op Liquidatiereserves
    Bij het aanleggen van de liquidatiereserve is de vennootschap een afzonderlijke aanslag van 10% verschuldigd op het bedrag dat als reserve wordt opzijgezet. Deze belasting fungeert als een voorafbetaling op de belasting die normaal verschuldigd zou zijn bij een dividenduitkering. Dit vooraf betaalde bedrag vermindert de toekomstige fiscale lasten bij de uitkering van de reserves.
  3. Mogelijkheid tot Vervroegde Uitkering
    Hoewel de liquidatiereserves in principe voor een periode van vijf jaar zijn geblokkeerd, biedt de regelgeving de mogelijkheid voor een vervroegde uitkering. Deze vervroegde uitkering is onderworpen aan een hogere roerende voorheffing, die afneemt naarmate de periode van vijf jaar vordert.
  4. Uitkering na Blokkeringsperiode
    Na het verstrijken van de vijfjarige periode kunnen de liquidatiereserves worden uitgekeerd aan de aandeelhouders, mits een besluit van de algemene vergadering. Bij deze uitkering is een roerende voorheffing van 5% van toepassing, wat een aanzienlijk fiscaal voordeel oplevert in vergelijking met de standaardbelasting op dividenduitkeringen.
  5. Bij Liquidatie van de Vennootschap
    In het geval van liquidatie van de vennootschap kunnen de liquidatiereserves worden uitgekeerd aan de aandeelhouders zonder verdere belastingheffing. Dit omdat de belasting reeds voldaan is bij het aanleggen van de reserves, wat een fiscaal efficiënte manier van vermogensoverdracht mogelijk maakt.

Deze regeling biedt fiscale voordelen aan Belgische bedrijven door het aanmoedigen van het aanleggen en herinvesteren van winsten, en biedt flexibiliteit in de timing van winstuitkeringen aan aandeelhouders.

Aangiftetermijn Personenbelasting AJ2023

Opgelet: de deadline voor je aangifte personenbelasting via je accountant of belastingadviseur verandert!

Juli of oktober? Welke deadline geldt voor jouw personenbelasting? Dat hangt af vanaf dit jaar af van de aard van je aangifte. Het zou dus kunnen dat je er nu vroeger bij moet zijn. Maar geen paniek: welke regeling voor jou van toepassing is, ontdek je hier.:
Oktober of juli – Institute for Tax Advisors and Accountants (itaa.be)

Verbouwingswerken aan 6 %: attest afnemer wordt vervangen door factuurvermelding ! (einde overgangsperiode in zicht)

Om het verlaagde tarief van 6% btw te kunnen toepassen bij renovatie en verbouwingswerken aan privéwoningen was het noodzakelijk dat de afnemer van de dienst een attest afleverde aan de aannemer, waarbij enerzijds de ouderdom van de woning werd bevestigd alsmede het gebruik ervan voor hoofdzakelijk privé-bewoning. Dit attest wordt nu afgeschaft en vervangen door een factuurvermedling (BS 31/12/2021)

Factuurvermelding (op elke factuur mbt 6% renovatie aan te brengen :

Btw-tarief: Bij gebrek aan schriftelijke betwisting binnen een termijn van één maand vanaf de ontvangst van de factuur, wordt de klant geacht te erkennen dat  
1) de werken worden verricht aan een woning waarvan de eerste ingebruikneming heeft plaatsgevonden in een kalenderjaar dat minstens tien/vijftien jaar voorafgaat aan de datum van de eerste factuur met betrekking tot die werken,  
(2) de woning, na uitvoering van die werken, uitsluitend of hoofdzakelijk als privéwoning wordt gebruikt en 
(3) de werken worden verstrekt en gefactureerd aan een eindverbruiker. 

Wanneer minstens één van die voorwaarden niet is voldaan, zal het normale btw-tarief van 21% van toepassing zijn en is de afnemer ten aanzien van die voorwaarden aansprakelijk voor de betaling van de verschuldigde belasting, interesten en geldboeten.

Bij niet-betwisting
De aannemer is ontslagen van de aansprakelijkheid ten aanzien van de voorwaarden betreffende de vaststelling van het tarief wanneer de afnemer de factuur niet schriftelijk betwist binnen een termijn van één maand

Overgangsperiode (Belangrijk)
Deze wijziging is in werking getreden op 1 januari 2022. er wordt wel een overgangsperiode voorzien, waarin de attesten nog mogen gebruikt worden tot 30 juni 2022, daarna VERPLICHT gebruik van de factuurvermelding

Vanaf 1 januari 2022 worden medici en paramedici (althans gedeeltelijk) btw-plichtig !

Vanaf 1 januari 2022 wijzigen de btw-regels voor medische en paramedische beroepen.

Enerzijds zal de btw-vrijstelling voor artsen en andere medische beroepsbeoefenaars worden ingeperkt  en afhangen de aard van de verrichte dienst.
Therapeutisch >>> diensten blijven vrijgesteld van BTW
Niet-therapeutisch >>> diensten zijn niet meer vrijgesteld van BTW

Omgekeerd kan de btw-vrijstelling vanaf die datum ook worden ingeroepen door andere medische en paramedische beroepsbeoefenaars, en zullen dus diverse zorgverstrekkers mogelijk in aanmerking komen voor de (gedeeltelijke) btw-vrijstelling.

We vatten de wijzigingen even samen:
Vrijstelling

Op heden worden de medische diensten verricht door o.a. artsen, tandartsen, verpleegkundigen in regel vrijgesteld van btw.
Daarnaast geldt de vrijstelling ook voor o.a. de volgende beroepsberoepsbeoefenaars: kinesitherapeuten, apothekers, audiologen, orthopedagogen, klinisch biologen, vroedvrouwen

Kortom, een algemene vrijstelling voor alle handelingen gesteld door een erkende (para)medische beroepsbeoefenaar welke in regel RIZIV erkende dienstprestaties verricht, en dit ook indien er sprake is van prestaties welke niet specifiek op de RIZIV nomenclatuur voorkomen.

Omgekeerd geldt er op dit ogenblik dus geen btw-vrijstelling voor zorgverstrekker welke niet in regel RIZIV erkende diensten verstrekken, zoals bvb chiropractors, osteo- of homeopaten, bandagisten, orthesisten, prothesisten …
Daarnaast gold er ook voor diëtisten, podologen en ergotherapeuten een vrijstelling voor specifieke activiteiten.

Wijzigingen

Naar aanleiding van de uitspraak van het Grondwettelijk Hof en in navolging van een striktere interpretatie van de Europese regelgeving, heeft de wetgever nu ook officieel gezorgd voor een wijziging van de regelgeving.

Enerzijds zal de btw-heffing en vrijstelling niet meer afhangen van de kwalificatie van de dienstverstrekker en aldus niet meer beperkt zijn tot de specifieke uitzonderingen voor bepaalde medische en paramedische beroepen.  Ook de niet-erkende paramedische beroepsbeoefenaar zal voortaan kunnen genieten van de btw-vrijstelling in de mate dat deze een prestatie met therapeutisch oogmerk verricht.

Anderzijds zal de vrijstelling beperkt blijven enkel tot de therapeutische diensten, met uitsluiting van andere handelingen gesteld door de zorgverlener.

Therapeutisch doel

Kortom, de vraag naar de toepasbaarheid van de vrijstelling zal afhangen van de aard van verrichte dienst. Hierbij zullen alle medische en paramedische beroepsbeoefenaars slechts kunnen genieten van de vrijstelling indien en voor zover de medische dienst kan worden aangemerkt als therapeutisch.

Niet-erkende paramedici zullen dus moeten aantonen dat zij gekwalificeerd zijn om de therapeutische diensten te verrichten.

Anderzijds zullen de voorheen vrijgestelde beroepsbeoefenaars nog duidelijker een onderscheid moeten maken tussen de diensten verricht voor therapeutische en andere diensten.

Hierbij zullen dus niet enkel esthetische ingrepen worden uitgesloten maar ook alle andere bijkomende  diensten die niet als ‘therapeutisch’ kunnen worden aanzien. Denk maar aan administratieve diensten, verstrekken van niet-medisch advies, bijkomstige activiteiten zoals de terbeschikkingstelling van materialen, verstrekken van materialen en andere diensten.

De wijziging zal derhalve impact hebben voor zowat iedere (para)medische zorgverlener, ongeacht of deze nu wel of niet een btw-vrijstelling geniet vandaag.

Wel kan er eventueel nog worden genoten van de zgn. vrijstelling van BTW in de kleine ondernemingsregeling. Hierbij mag de omzet van de niet-therapeutische” handelingen niet meer bedragen dan 25000 euro op jaarbasis (kalenderjaar)

Hieronder vindt u de volledige circulaire:

Btw-aangiften laattijdig ingeschreven in de rekening-courant door een informaticaprobleem bij FOD Financiën

BTW rekening courant (eventueel vermelding van foutieve gegevens)

18 mei 2020

Door een technisch probleem bij de FOD Financiën werden sommige periodieke btw-aangiften, ingediend tussen 28 april en 12 mei 2020, laattijdig ingeschreven in de rekening-courant van de belastingplichtigen.

Dat heeft tot gevolg dat er:

  • rekeninguittreksels automatisch verstuurd worden met vermelding van onjuiste bedragen of ontbrekende aangiften die wel correct werden ingediend.
  • briefwisseling verstuurd wordt over een foutieve opnulzetting van de rekening-courant.

FOD Financiën stelt alles in het werk om dit probleem op te lossen zodat de betrokkenen hiervan geen nadeel zullen ondervinden. U moet dus geen rekening houden met deze brieven als u in die periode toch een aangifte hebt ingediend.

Bron: FOD Financiën – 15.05.2020

Nieuwigheden in de aangifte personenbelasting voor aanslagjaar 2019

Extra belastingverminderingen (federaal)

Pensioenovereenkomst voor zelfstandigen (POZ) (code 1342/2342): Zelfstandigen kunnen sinds 2018, naast het VAPZ ook een bijkomend pensioenspaarpotje aanleggen ovv POZ. Dit is enkel voor zelfstandige buiten de vennootschap (eenmanszaken, vrije beroepers en hun resp. meewerkende echtgenoten)
Aandelen groeibedrijven (code 1334/2334): U kon al investeren in startende ondernemingen (eerste 4 jaren van oprichting), maar nu kunt u ook investeren in zgn. groeibedrijven (van 5 tot 10 jaar na oprichting). U heeft recht op een belasting-vermindering van 25% van uw investeringen met een maximum van 25000 euro
Privak-verliezen (code 1329/2329): leed u een verlies of een minderwaarde bij de volledige liquidatie van een privak opgericht na 2017, dan kunt u dat verlies tot maximaal 25000 euro inbrengen en voor 25% worden gerecupereerd
Adoptiekosten (code 1341): de kosten die u de laatste 5 jaren maakte tijdens een adoptieprocedure geven recht op een vermindering in het jaar waarin de procedure wordt afgesloten (belastingvermindering van 20% op de adoptie-uitgaven, met een maximum van 6150 euro)

Belastingvrijstelling voor dividenden (code 1437/2437):

Ontvangt u dividenden op aandelen, dan zijn de eerste 640 euro / per belastingplichtige vrijgesteld van roerende voorheffing.

Meldplicht effectenrekeningen (code 1072/2072):

Was u in 2018 titularis van meer dan één effectenrekening, dan moet u dit verplicht melden in deze code

Beroepskostenforfait voor zelfstandigen met winst:

Zelfstandigen met winst kunnen vanaf nu ook kiezen voor een beroepskostenforfait in plaats van het bewijzen van hun werkelijke kosten. Het forfait bedraagt 30% van hun inkomsten met een maximum van 4720 euro. Dit kan een goed alternatief zijn voor zelfstandigen in bijberoep. De basis waarop de 30% wordt berekend is (verkopen-verkochte aankopen – sociale bijdragen) Voor de sociale bijdragen werden er nieuwe codes ingevoerd, code 1632/2632.

Voorafbetalingen vanaf aanslagjaar 2020 (inkomsten 2019)

De voorafbetalingen voor het 1e kwartaal van het aanslagjaar 2020 (inkomsten 2019) moeten worden uitgevoerd op een nieuw rekeningnummer: BE61 6792 0022 9117 van het Inningscentrum – Dienst Voorafbetalingen, Koning Albert II laan 33 bus 42, 1030 Schaarbeek met gestructureerde mededeling

Er geldt een bijzondere overgangsmaatregel voor ondernemingen wiens boekjaar niet samenvalt met een kalenderjaar en dus niet op 31/12/2018 afgesloten wordt en waarvoor de resterende vervaldagen VA -aanslagjaar 2019 (inkomsten 2018) zich ná 31/12/2018 situeren. De betalingen die deze ondernemingen, ná 31/12, maar nog steeds voor het aanslagjaar 2019 uitvoeren moeten blijvend worden gestort op het bestaande rekeningnummer: BE20 67920023 3056 (BIC: PCHQ BEBB) van de Dienst Voorafbetalingen-vennootschappen. Pas wanneer deze vennootschappen starten met hun eerste betaling voor het aanslagjaar 2020, moeten ze hiertoe gebruik maken van het nieuwe rekeningnummer

BTW: Raadpleeg het saldo van uw BTW rekening courant online via MyMinFin.be

Nieuw: naast het rekeninguittreksel kunt u voortaan ook de actuele stand van uw btw-rekening-courant raadplegen op MyMinfin.be.
Meldt u aan als onderneming (MyMinfin Pro) en vind er onder ‘Mijn Fiscaliteit’ eveneens uw verrichtingen en de laatste afsluiting van uw rekening-courant terug.
Aanloggen op MyMinfin.be kan via eid en kaartlezer of via de itsme App (zie vorige nieuwsberichten)
U moet dus niet meer wachten op het driemaandelijkse overzicht per brief, maar kunt op elk moment uw status raadplegen.
Bron: FOD Financiën – 05.12.2018

Kleine ondernemingsregeling inzake BTW

SAMENVATTING KLEINE ONDERNEMINGSREGELING

  •  Geen BTW in rekening brengen
  •  Geen BTW aftrekken
  •  Omzetplafond van € 25.000/jaar
  •  Geen periodieke aangiftes in te dienen
  •  Elk jaar klantenlisting opmaken
  • Geef uw ondernemingsnummer niet door bij werken in onroerende staat
  • Geef uw ondernemingsnummer niet door bij aankopen van goederen binnen de Europese Unie als je onder de drempel van 11200 euro/jaar blijft
  • Bij diensten binnen de Europese unie (art 21, §2 Wbtw) dient u uw btw-nummer wel door te geven en een bijzondere btw-aangifte in België indienen en btw hier afdragen
  • Verplichte vermelding op facturen

Documentatie Fod Financiën : Brochure – 9 vragen omtrent de vrijstellingsregeling van belasting voor kleine ondernemingen.